Mijn leerwens
Kunst, wat is dat? Hoe reageren kinderen op kunst? En welke
technieken/ activiteiten kan je gebruiken om met kinderen naar kunst te kijken?
Ik wil dan enerzijds de explorerende grondhouding
aanspreken, maar ook het inhoudelijke. Ik vind het belangrijk dat de jonge kinderen
hier ook al iets van meekrijgen. Maar wat kan dit dan concreet zijn voor
kinderen van de eerste graad?
Mijn actie
Ik ging met mijn stageklas (2e leerjaar) een
bezoekje brengen aan het Museum M in Leuven. We hadden een gids gevraagd. Op
die manier kon ik ervaren welke opdrachten, ervaringen voor kinderen aanspreken
en effect hebben.
We kregen een rondleiding van ongeveer 1,5 uur. Hier heb ik
een aantal boeiende opdrachten gezien die de kinderen inspireerden.
1. Kunst is van alle tijden, maar welk kunstwerk is
het oudst? En welk het jongst? De kinderen moesten afbeeldingen van kunstwerken
rangschikken van oud naar jong. Bij deze opdracht was de bril “Tijd” er
duidelijk bijgenomen.
Dit vond ik al een eerste interessante
activiteit. Ik vond het ook heel leerrijk hoe kinderen van 8 jaar naar kunst
kijken. Welke zijn hun criteria? Kleur was er daar een belangrijke van. De
kinderen gingen ervan uit dat heel oude werken wel weinig kleur zullen hebben.
Bestonden kleuren toen al? Of zijn ze misschien eraf gegaan?
Ook mochten de kinderen vertellen
wat ze mooi vonden. En wat vind je er juist zo mooi aan?
Leerplandoelen
die hier aangehaald werden:
Mens en het muzische
3.1 kinderen zijn gevoelig voor en
genieten van muzische expressie in hun omgeving
3.8 Kinderen ontwikkelen tot vaardige
kunstbeschouwers
Mens en tijd
8.14 Kinderen beseffen dat er naast het
heden, ook een verleden en een toekomst zijn. (verwondering en waardering tonen
voor historische objecten…)
2. We stapten door de gangen van het museum en
kwamen voorbij een tentoonstelling van een school. Prachtig! Maar ook het
enthousiasme en de betrokkenheid die we op de gezichten van onze kinderen
konden aflezen. Kinderen van hun leeftijd maakten zelf kunst, en dat kon je
bewonderen in een echt museum! Hoewel als zintuigen enkel de ogen mochten
ingezet worden, was dit toch een geslaagd moment. De ‘goesting’ was er dadelijk
om ook kunst te gaan maken.
Leerplandoelen:
Mens en het muzische
3.1 Kinderen zijn gevoelig voor en
genieten van muzische expressie in hun omgeving
3.3 Kinderen merken verschillende schoonheidsaspecten
op in hun omgeving
3.4 Kinderen zien in dat verschillende
mensen verschillende schoonheidscriteria hanteren.
3.8 Kinderen ontwikkelen tot vaardige
kunstbeschouwers
3. Vervolgens bezochten we de tentoonstelling van Patrick
Van Caeckenbergh. Hier kregen de kinderen een blinddoek op. 2 kinderen werden
aangeduid als zieners. Zij mochten van de tentoonstelling een werk kiezen. Eens
dat gebeurd was, mochten de andere kinderen geblinddoekt de gids volgen en voor
het kunstwerk plaatsnemen. De zieners beschreven het kunstwerk voor de groep.
De kinderen mochten ook vragen stellen. In het begin waren de zieners heel
algemeen, maar dan stuurden we ze toch wat, zodat meer details aan bod kwamen
zoals, kleuren, materialen, ruimte, constructies. Vervolgens mochten de
geblinddoekte kinderen de blinddoeken afnemen. Heel veel reacties :”OOOh!” en
“Ik had het me helemaal anders voorgesteld.”.
De kinderen verwoordden ook wat ze van het werk vonden, wat ze erbij
voelden.
Ik dacht hierbij ook aan de
fragmentjes uit Man bijt hond, waarin kinderen een kunstwerk beschrijven. Maar
hier gingen ze naast een beschrijving toch nog meer op zoek naar gevoelens die
in het werk zouden kunnen zitten of wat zij er zelf uithaalden.
Leerplandoelen:
Overkoepelende doelstellingen
0.6 Kinderen drukken zich zo
verstaanbaar mogelijk uit en benoemen waar mogelijk de dingen correct.
0.9 Kinderen kunnen nauwkeurig waarnemen
met al hun zintuigen
0.14 Kinderen kunnen verslag uitbrengen
van hun bevindingen.
Mens en het muzische
3.1 Kinderen zijn gevoelig voor en genieten
van muzische expressie in hun omgeving
3.3 Kinderen merken verschillende
schoonheidsaspecten op in hun omgeving
3.4 Kinderen zien in dat verschillende
mensen verschillende schoonheidscriteria hanteren.
3.7 Kinderen vormen zich een eigen
mening over allerlei kunstuitingen waarmee ze in contact komen.
3.8 Kinderen ontwikkelen tot vaardige
kunstbeschouwers
4.
In dezelfde ruimte liet de gids enkele
geluidsfragmenten horen. Nu moesten de kinderen bij een kunstwerk gaan staan
wat zij vonden dat hierbij hoorde. Het fijne was dat de nadruk gelegd werd op
‘alles is goed’. Kinderen mochten vrij hun gevoel volgen. Er werd ook naar de
mening van de kinderen geluisterd en ook stillere leerlingen durfden zeggen
waarom ze een bepaald werk gekozen hadden.
Leerplandoelen:
Overkoepelende doelstellingen
0.6 Kinderen drukken zich zo
verstaanbaar mogelijk uit en benoemen waar mogelijk de dingen correct.
0.9 Kinderen kunnen nauwkeurig waarnemen
met al hun zintuigen
0.14 Kinderen kunnen verslag uitbrengen
van hun bevindingen.
Mens en het muzische
3.1 Kinderen zijn gevoelig voor en
genieten van muzische expressie in hun omgeving
3.2 Kinderen zijn zich bewust van de
gevoelens die schoonheidservaringen bij hen oproepen en durven die uiten.
3.3 Kinderen merken verschillende
schoonheidsaspecten op in hun omgeving
3.4 Kinderen zien in dat verschillende
mensen verschillende schoonheidscriteria hanteren.
3.7 Kinderen vormen zich een eigen
mening over allerlei kunstuitingen waarmee ze in contact komen.
3.8 Kinderen ontwikkelen tot vaardige
kunstbeschouwers
5.
Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet….
De kinderen kwamen aan het huisje
van de kunstenaar. Hier stond het boordevol spulletjes. De gids vroeg hen
nergens aan te komen, maar vooral met je ogen heel intens te kijken. We speelden
even ‘Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet’. Op die manier hebben de kinderen
details gezien die ze anders waarschijnlijk niet opgevallen waren.
Leerplandoelen:
Overkoepelende doelstellingen
0.6 Kinderen drukken zich zo
verstaanbaar mogelijk uit en benoemen waar mogelijk de dingen correct.
0.9 Kinderen kunnen nauwkeurig waarnemen
met al hun zintuigen
Nadien ging de gids met de kinderen een gesprek aan over de
thema’s in de werken van Patrick Van Caeckenbergh. De kinderen gingen nog eens
bij de verschillende werken kijken en mochten enkele woordjes op papier zetten.
Nadien werd dit besproken. De thema’s die Patrick Van Caeckenbergh gebruikten
waren ‘soep’ en ‘huizen’. Verschillende kinderen hadden dit er toch uitgehaald.
Leereffect:
Eigenlijk liepen deze 3H’s erg door elkaar.We hebben vooral veel gekeken, maar ook geluisterd en kunnen ruiken. Met deze waarnemingen zijn we dan verder gaan associĆ«ren. Op sommige momenten verliep dit gewoon zonder denken, gevoelsmatig (Hart). Op andere momenten gingen we echt nadenken over thema’s en betekenis.
Voor mezelf heb ik ook geleerd dat opdrachten in zo’n kunstmuseum
niet veel voorbereiding vragen of niet enorm moeilijk zijn. Door eenvoudige
activiteiten breng je jonge kinderen op een speelse manier in contact met
kunst. Het was vooral veel beleven en ervaren. Door er op sommige momenten over
te praten, staan kinderen ook meer stil bij wat ze zien en leren ze dit
verwoorden. Hier gaan ze die beleving dan benoemen.
Een zinvolle actie.
BeantwoordenVerwijderenJuiste keuze van doelen. Maar deze kan je meer verdiepen als begeleidende leerkracht.
Dit doe je door vooraf na te gaan wat "kunst beschouwen " inhoudt. Hoe doe je dat? Welke criteria zet je dan in?
Het gevaar is dat je enkel waw-effecten hebt bij deze kinderen, maar dat ze niet aan de grens van hun mogelijkheden werken.
Vaardige kunstbeschouwers worden met nieuwe input van jou uit=doel voor jou.
Nu blijf je te veel op de achtergrond, waardoor je ook je leerresultaat sober gaat verwoorden.
Je bent geslaagd voor je blog WO.
Hey Tine,
BeantwoordenVerwijderenik merk bij het lezen van jouw verslag dat de kinderen een boeiende uitstap hebben gehad. Ik vind het zelf ook moeilijk om kunst op een aantrekkelijke manier aan te bieden, maar ik vind dat je met deze activiteiten er zeker in geslaagd bent. Door de kinderen zelf veel te laten uitvoeren, kan je de betrokkenheid en het leren verhogen. Zo komen uiteindelijk de 3 H's gedurende de rondleiding aan bod. Nu kan je de volgende keer zelf met de kinderen aan de slag in een museum...
Grtjs,
Shana